Representatie van de ander in de literatuurlijst
Het gevaar van een eenzijdig verhaal is bekend. Als we alleen maar verhalen lezen en delen vanuit eenzelfde persoon, dan gaan we denken dat dat het enige verhaal is, dan gaan we ons alleen maar inleven in die ene gaze. Steeds meer hedendaagse schrijvers bieden alternatieven, en dat maakt ons literaire landschap rijker. Die perspectieven waren er al, maar werden nog niet altijd even serieus genomen. Deze schrijvers laten zien waarom dat een grote fout is, wat een rijkdom het is om al die wereldbeelden voor zich te laten spreken. Bekijk Europa, Nederland, de wereld, het verleden en de toekomst, eens vanuit een ander (vanuit een minder eurocentrische lens). Is dat niet precies wat kunst, literatuur, kan doen? Representatie zorgt zo voor een rijker en inclusiever samenleven. En daar kun je niet vroeg genoeg mee beginnen.
Met Will-Limba Moleka, Karin Amatmoekrim, Safae el Khannoussi, Will-Limba Moleka en Mira Feticu gaan met Sophia Blyden het gesprek aan over dit belangrijke onderwerp.
Will-Limba Moleka (°1999) heeft een roeping om jongeren aan het lezen te krijgen. Met zijn organisaties Limba CommV en Read & Relax vzw zet hij zich dagelijks in voor het bevorderen van leesmotivatie. Hij wil de zichtbaarheid van literatuur vergroten en een platform bieden aan toekomstige lezers, schrijvers en illustratoren. In Limbaverse, zijn debuutroman, laat hij de lezer voor het eerst kennismaken met zijn eigen fantasie, die hij niet alleen heeft geschreven maar ook geïllustreerd.
Mira Feticu is schrijver, performer, journalist en columnist. Van haar hand verschenen onder meer Liefdesverklaring aan de Nederlandse taal, Al mijn vaders, Tascha, De ziekte van Kortjakje en Lief kind van mij. Als journalist publiceert Feticu in Trouw, De Groene Amsterdammer, Wordt Vervolgd, Voertaal en diverse Roemeense media. Haar columns zijn regelmatig te lezen in De Standaard, Trouw en Den Haag Centraal, waar ze al jaren een vaste rubriek verzorgt. Feticu, die een PhD in de Literatuurwetenschap heeft, doet voor journalistieke organisaties ook onderzoek naar migranten uit Oost-Europa, geeft lezingen over literatuur, Roma-cultuur en totalitarisme. Ze interviewt schrijvers, modereert literaire middagen en ze zingt in de taal van het dorp aan de voet van de Karpaten waar ze is geboren.”
Karin Amatmoekrim is een schrijfster van Surinaamse afkomst. Op jonge leeftijd emigreerde ze naar Nederland en rondde hier het gymnasium af. Haar middelbareschooltijd vormde de basis voor de roman Het gym uit 2011, een veelgeprezen boek waarvan de filmrechten verkocht zijn aan BosBros. Haar studies psychologie en moderne letterkunde rondde ze af met een scriptie over de etniciteit in de Surinaamse literatuur. Binnen haar werk spelen identiteit en het (on)vermogen van mensen om elkaar echt te kennen een belangrijke rol. Haar tweede roman, Wanneer wij samen zijn, (2006), is gebaseerd op haar familiegeschiedenis, die van drie generaties islamitische Javanen in Suriname en Nederland en van oude en nieuwe werelden die met elkaar botsen. De man van veel uit 2013, gaat over de Surinaamse antikoloniale schrijver en verzetsstrijder Anton de Kom. Haar meest recente werk is Tenzij de vader (2016), waarover een documentaire (‘De jacht op mijn vader’, regie: Gulsah Dogan) werd gemnaakt voor Het uur van de wolf.
Safae el Khannoussi (1994) is schrijver, docent en promovendus. Ze schrijft haar proefschrift over politieke filosofie en gevangenisabolitionisme vanuit dekoloniaal perspectief. Eerder publiceerde ze verhalen in De Gids. In haar werk staan thema’s als ballingschap, voortvluchtigheid en het paradoxale bestaan van de migrant centraal. Oroppa is haar debuutroman.